Wethouders worden steeds kwetsbaarder. In 2013 hebben 150 wethouders niet het einde van het jaar in hun functie gehaald. 79 van hen kwamen om politieke redenen ten val. Ruim 20 procent van het totaal aantal wethouders in Nederland sneuvelt tijdens de collegeperiode. Nog eens 20 procent vertrekt om andere redenen. Dit blijkt uit het wethoudersonderzoek van VNG Magazine.
In het Rapport de Vallende Wethouder uit 2011, over de vertrekredenen van wethouders in de bestuursperiode 2006-2010, kwam een vergelijkbaar beeld naar voren. De oorzaak van het onvrijwillige vertrek van een wethouder ligt vaak bij een verstoorde relatie tussen de wethouder en zijn omgeving. Achter het politieke conflict gaan vaak persoonlijke conflicten schuil.
Het rapport constateert dat wethouders niet altijd voldoende zijn toegerust om aan alle uitdagingen van het vak het hoofd te kunnen bieden. Meer ondersteuning zou de wethouders kunnen helpen om langer aan te kunnen blijven.
Wat ik nu zo jammer vindt van deze constatering dat hiermee een negatief beeld wordt gegeven van wethouders en niet wordt gesproken over de toenemende complexe context en omgeving waarin wethouders zich moeten bewegen.
Mijn beeld is heel anders. Ik zie en spreek bestuurders die zich met hart en ziel inzetten voor de publieke zaak. Bestuurders die hun werk meer beschouwen als een roeping dan als een baan en die op een professionele wijze in hun werk staan. Het wethouderschap is een echt vak, dat niet iedereen zo maar kan en dat, zoals ieder vak, begeleiding, opleiding en ondersteuning verdient.
Als carrière consultant begeleid ik regelmatig bestuurders en professionals. In de kern gaat het altijd om het vermogen om datgene wat een bedreiging lijkt om te zetten in een kans. Het klinkt zo obligaat, maar het zo simpel is het! En als er een beroepsgroep is die daar heel goed toe in staat is, dan zijn het wel bestuurders in het publiek domein. Want besturen vraagt, leiderschap, ondernemerschap en creativiteit.
Gaat het dan goed zoals het nu gaat, of moet het toch anders of beter? Ik denk dat de wethouder nog meer dan nu in staat moet zijn om de creativiteit en het ondernemerschap dat hij toelegt in zijn functie als wethouder, ook leert toe te passen op zichzelf. Hij zal duidelijker moeten zijn waar hij voor staat, wat hem drijft en wat hij wil bereiken.
In mijn visie betekent dit dat de wethouder van nu in staat is om te verwoorden: Wat is mijn vakmanschap? Wie ben ik als leider? Wat maakt mij uniek en hoe breng ik dat over het voetlicht? Dat heeft hij nodig in zijn professie als wethouder, maar ook als het wethouderschap plotseling mocht ophouden. Ook dan zal hij stevig in zijn schoenen moeten staan en zichtbaar moeten blijven voor de samenleving en de arbeidsmarkt. Dan is een slimme wethouder op zijn toekomst voorbereid.
Rens Mensink
Associate bij Public Partners
Leermanager/docent van het Programma Carrièremanagement voor Wethouders
Wethoudersvereniging | Postbus 30435 | 2500 GK Den Haag | Tel: 070-373 8123 | info@wethoudersvereniging.nl | Inloggen