De maximumduur van de wachtgeldregeling voor vertrekkende politici wordt met ingang van 18 september verkort tot de maximumduur van de uitkering volgens de Werkloosheidswet. Hij gaat van vier jaar naar drie jaar en twee maanden.
De Eerste Kamer is op het laatste moment akkoord gegaan met dit wetsvoorstel van demissionair minister Liesbeth Spies van BZK. Daarmee volgt nu ook de Senaat de zogeheten Kunduz-partijen die in het Lenteakkoord al het mes in de wachtgeldregeling zetten. Door er nu nog mee in te stemmen geldt het wetsvoorstel ook voor Kamerleden die niet in de Kamer terugkeren.
Het wetsvoorstel past in de ontwikkeling dat arbeidsvoorwaarden van politici steeds meer gelijk worden aan die van werknemers bij de overheid. De PvdA-Senaatsfractie vond het wetsvoorstel ‘niet opportuun’. Volgens haar doet het wetsvoorstel te weinig recht aan de bijzondere positie van politieke ambtsdragers en al helemaal niet aan het rechtszekerheidsbeginsel van bijvoorbeeld wethouders en gedeputeerden.
De Wethoudersvereniging hekelde deze week dat de nieuwe wachtgeldregeling rechten van zittende wethouders aantast die onder het overgangsrecht van 2010 vallen. Dat is het jaar waarin de APPA werd aangepast.
Spies gaf deze week in de Eerste Kamer aan dat voor iedereen die ouder is dan 50 en al langer dan tien jaar onder de APPA heeft gefunctioneerd, de uitkering tot zijn of haar 65ste onaangetast blijft. Voor de groep die bij de start in 2010 ouder dan 50 was en nog geen tien APPA-jaren had, wordt de uitkeringsduur wel verkort.
Spies geeft toe dat dit voor deze mensen een tegenvaller is. Desondanks vindt zij een uitkeringsduur van drie jaar en twee maanden, in combinatie met een actief re-integratietraject, nog steeds een reële en heel verdedigbare termijn.
Wethoudersvereniging | Postbus 30435 | 2500 GK Den Haag | Tel: 070-373 8123 | info@wethoudersvereniging.nl | Inloggen